OM over verkrachting en doodsbedreiging studentencomplex: “Vrouwen waren doodsbang”
De rechtbank buigt zich vandaag over de zaak waarin de 22-jarige Alhassan A. terechtstaat. Hij wordt verdacht van het verkrachten en bedreigen met de dood van vrouwen in een studentencomplex in Diemen. Daarnaast zijn meer meldingen en aangiftes binnengekomen over onveilige situaties door A. rondom het complex. Hij handelde meermaals op soortgelijke wijze, terwijl A. nu ook zegt spijt te hebben. Het Openbaar Ministerie eist drieënhalf jaar, waarvan een jaar voorwaardelijk: “De vrouwen waren doodsbang.”
Alhassan A. zou volgens het Openbaar Ministerie (OM) op 9 mei 2023 een vrouw van achteren hebben overmeesterd in een studentencomplex. Hij zou haar onder dreiging hebben gedwongen tot seks. Bijna drie weken later komt hij volgens het OM terug naar die plek en heeft hij een vrouw bedreigd met de dood. Maar dat slachtoffer wist aan hem te ontkomen door hard te schreeuwen en bij buren op de deur te bonken. Er zijn meer meldingen en aangiftes gedaan van aanranding tegen de verdachte, zo benoemt het OM.
In de rechtbank blijkt twee keer eenzelfde soort incident heeft plaatsgevonden. De rechter omschrijft hoe A. met beide vrouwen in gesprek wilde gaan toen hij nog buiten het complex aan de Rode Kruislaan stond. “Ik kreeg geen antwoord”, zegt A. zelf. Hij ging achter de vrouwen aan het pand in.
Vrouwen met veel angst
Begin mei ging hij achter het slachtoffer aan naar boven, hij wilde seks met haar vertelt hij zelf. Hij zag haar vaker tijdens het roken en vond haar aantrekkelijk, dus wilde hij meer van haar. De vrouw verklaarde eerder dat ze werd vastgegrepen op de vijfde verdieping en dat hij haar heeft aangerand met zijn vingers in haar broek. De rechter omschrijft in detail wat de verdachte zou hebben gedaan en hoe hij haar heeft achtervolgd en aangeraakt. A.: “Ik greep haar bij haar buik met mijn hand daarboven, en bij haar gezicht ook.” Hij zou haar mond hebben bedekt: “Ik zei dat ze op haar knieën moest gaan.”
Het studentencomplex RXL biedt woonruimte aan ongeveer duizend studenten, het bestaat uit vijf appartementencomplexen. Kort na het incident heerste een angstsfeer bij bewoners van het studentencomplex, vrouwen zijn gespannen als ze de voordeur van het complex aan de Rode Kruislaan binnen moeten. “Ik deel nu mijn locatie en probeer voor middernacht thuis te komen”, vertelt een bewoner. Een andere bewoner kijkt “constant achterom en houdt een fietssleutel tussen de vingers”.
Tikkende tijdbom
A. woont in de buurt van het studentencomplex bij zijn ouders. Ook bij het tweede incident achtervolgt hij een jonge vrouw het complex in. Hij grijpt haar vast en zegt gewapend te zijn, zo stelt de vrouw in haar verklaring bij de rechtercommissaris. Iets wat ook terugkomt bij de verklaring van het andere incident. De vrouw zelf is ook aanwezig bij de zitting en maakt gebruik van haar spreekrecht.
Ze beschrijft de dankbaarheid naar zichzelf dat ze op deuren van buren is gaan kloppen en is gaan schreeuwen: “Ik ben me er volledig van bewust dat dit bij een andere vrouw of mij op een ander tijdstip heel anders had kunnen uitpakken. Het is een geluk dat ik niet ben verkracht en tegelijkertijd pech dat de ernst van deze actie daardoor minder groot lijkt.” Want als zij zich niet had losgerukt, wie weet wat er dan was gebeurd.
Ze zegt A. te zien als een tikkende tijdbom. “Als dit ooit weer gebeurt kan het zo maar zijn dat het geluk wel aan zijn kant ligt en dan spreken we over een paar jaar over meer verkrachtingen.” De verdachte wil niet reageren op wat de vrouw zegt.
Nog een incident?
Ook van een verkrachtingsincident in maart datzelfde jaar werd A. in eerste instantie verdacht, gaat om de aanranding van een vrouw zonder woon- of verblijfplaats wie hij zou hebben aangerand in hetzelfde complex. Hij zou eerst een slaapplek voor haar hebben, maar dat werd iets anders. Het OM eist vrijspraak hiervoor, omdat de camerabeelden en de verklaring van de vrouw niet met elkaar rijmen en te veel afwijken.
A. zegt tijdens de zitting meermaals spijt te hebben van wat hij heeft gedaan en hoe hij de vrouwen angst heeft bezorgd. “Ik wilde stoppen toen ik haar angst zag.” De rechter is verbaasd dat dit dan een kleine drie weken na elkaar twee keer gebeurt: “Kunt u uitleggen waarom u opnieuw contact zoekt met iemand die heel duidelijk aangeeft dat ze dit contact niet wil?” Maar daar heeft hij geen antwoord op. Wel zegt hij: “Ik ben vaak afgewezen, weet u.”
Het Openbaar Ministerie eist een celstraf van drieënhalf jaar, waarvan een jaar voorwaardelijk. Daarbij zou een proeftijd van drie jaar gepast zijn, zo noemt de officier van justitie. “Dit is een grote nachtmerrie voor heel veel vrouwen. Het ’s avonds laat in een lift stappen waar ook een grote man instapt ongemakkelijk en onveilig. Bij deze vrouwen werden hun angsten de waarheid, verdachte viel hen aan en dit moet enorm inperkend te zijn geweest. Dat verdachte frustratie voelde omdat hij vaak is afgewezen, is natuurlijk geen excuus. Dit is niet normaal gedrag en helaas is niet duidelijk geworden waar dit gedrag vandaan komt.”
De advocaat van verdachte A. noemt de ernst van de feiten niet te betwisten door de angst van de vrouwen. Wel stipt hij aan dat er een verschil is tussen een aanraking waarbij zijn cliënt zich heeft teruggetrokken en een verkrachting waarbij langdurige seks is geweest.